Exploitanten van telecommunicatienetwerken, portals of interfaces zoals app-stores zijn sinds 1 januari 2015 verantwoordelijk om de btw op elektronische diensten (zoals apps, e-books en streamen van video en muziek) te berekenen aan de afnemer. Het bedrijf Fenix International, dat het platform ‘Only Fans’ exploiteert, vocht deze regeling aan bij het Hof van Justitie. Die stelde Fenix International onlangs in het ongelijk. Volgens BDO is dat terecht, mits deze regel beperkt wordt uitgelegd.
De zaak Fenix International
Fenix International exploiteert het social media platform ‘Only Fans’. Op de website kunnen creators content uploaden. Afnemers, fans genoemd, hebben toegang tot deze content door een bedrag per keer te betalen of door maandelijks een abonnement te betalen. Elke creator bepaalt zelf de hoogte van het maandelijkse abonnementsgeld, met een door Fenix vastgesteld minimum. Naast het aanbieden van het platform is Fenix ook verantwoordelijk voor het innen en distribueren van de betalingen van de fans. Dat doet zij met behulp van een derde partij die betalingsdiensten aanbiedt. Fenix stelt ook de algemene voorwaarden voor het gebruik van het platform vast. Fenix voldeed in het Verenigd Koninkrijk 20% btw over haar diensten aan creators. De Britse belastingdienst heeft Fenix een naheffingsaanslag gestuurd voor de btw over alle van fans ontvangen bedragen omdat Fenix volgens de belastingdienst onder de regeling viel op basis waarvan zij wordt geacht de diensten af te nemen van de creators en vervolgens te verrichten aan de fans. Fenix stelt in de daarop volgende procedure dat zij geen btw verschuldigd is over de van de fans ontvangen bedragen omdat de regeling niet geldig is.
Volgens het Hof van Justitie is de regeling wel geldig. De regeling is namelijk noodzakelijk en nuttig, respecteert de algemene hoofddoelen van de Btw-richtlijn en vult de regeling uit de Btw-richtlijn waarop deze is gebaseerd ook niet aan en wijzigt die ook niet.
Visie van BDO
BDO kan het Hof van Justitie op zich volgen in zijn oordeel dat de bepaling geldig is. De uitleg die het Hof van Justitie geeft betekent naar onze mening echter wel dat de regeling beperkt moet worden toegepast. Dat geldt met name voor de niet juridisch bindende explanatory notes waarin een nadere toelichting wordt gegeven. Wij constateren dat deze vaak ruimer is dan de uitleg die naar onze mening uit het arrest Fenix International volgt. Als belastingdiensten die ruime uitleg toepassen, is deze naar onze mening met een beroep op het arrest Fenix te bestrijden. Het is dan ook van belang dat u (opnieuw) goed in kaart brengt of de regeling in uw situatie van toepassing is.
Tenslotte is BDO van mening dat de uitleg die het Hof van Justitie in de Fenix zaak geeft ook gevolgen heeft voor andere diensten die via platforms worden verricht, zoals omroepdiensten of amusementsdiensten. Platforms, via welke deze diensten worden aangeboden, raden wij eveneens aan hun btw-positie (opnieuw) onder de loep te nemen.
Tot slot
Uiteraard zijn we u graag behulpzaam om in kaart te brengen welke mogelijkheden en verplichtingen u heeft. Neem hiervoor contact op met een van onze btw-adviseurs.